Direct Tracking is Daisycon’s server-side trackingmethode (ook bekend als Server-to-Server of S2S-tracking). Hiermee kun je conversies meten zonder gebruik te maken van client-side pixels of browsercookies. In plaats van een trackingpixel op de bedankpagina, stuurt jouw systeem de conversiegegevens rechtstreeks naar Daisycon. Dit zorgt voor betrouwbare attributie, bijvoorbeeld wanneer conversies vertraagd zijn of wanneer cookies niet beschikbaar zijn. Het biedt bovendien meer controle en helpt bij het voldoen aan regelgeving.
Let op: Deze handleiding is bedoeld voor gebruikers met een technische achtergrond. Voor standaard pixeltracking, zie De conversiepixel handmatig plaatsen.
Hoe Server-to-Server tracking werkt
- Click ID-generatie: Daisycon genereert een unieke Click ID in plaats van traditionele cookies.
- URL-parameterisatie: De Click ID wordt als parameter aan de URL toegevoegd en kan worden opgeslagen in een cookie, local storage of je eigen database.
- Conversierapportage: Wanneer een conversie plaatsvindt, roept jouw systeem de postback-URL van Daisycon aan met de opgeslagen Click ID.
- Transactieattributie: Daisycon gebruikt deze postback om de conversie toe te wijzen aan de juiste publisher.
De meeste externe trackingplatforms (zoals Tune, Cake of Post Affiliate Pro) ondersteunen Click ID's en postbacks. Een eigen implementatie is ook mogelijk.
Belangrijk: Als adverteerder ben je verantwoordelijk voor het correct opslaan en rapporteren van Click ID’s. Als jouw attributiemodel afwijkt van dat van Daisycon (last click met 100 dagen geldigheid), vermeld dit dan duidelijk in je campagnetekst.
Implementatiehandleiding
Basis-URL-structuur
Voeg je gekozen URL-parameters en de vereiste Click ID-parameter toe aan je landingspagina’s:
https://adverteerder.nl/?utm_source=daisycon&utm_medium=affiliate&clickid=%DCI%
Zorg ervoor dat de Click ID-parameter aanwezig is in alle campagnematerialen, inclusief productfeeds en deeplinks. Daisycon Support kan je helpen bij het controleren van de setup.
Postback-URL-structuur
Gebruik het Direct Tracking-eindpunt (/d/
) in plaats van het pixeleindpunt (/t/
), en voeg de noodzakelijke parameters toe:
https://[matching_domain]/d/?ci=[campaign_id]&dci=[click_id]&a=[amount]&ti=[transaction_id]&r=[revenue]&pn=[description]&iv=[description_internal]&c=[country_code]
Overstappen van pixel naar Server-to-Server tracking
Ga je overstappen naar S2S-tracking? Volg dan deze best practices voor een soepele overgang:
- Overgangsperiode: Schakel tracking niet in één keer om. Neem voldoende tijd om goed te testen.
- Informeer Daisycon tijdig: Neem minstens één maand voor de overstap contact op met je Daisycon-accountmanager. Deze voorbereidingstijd is nodig om Click ID’s goed te implementeren. Let op: zodra S2S actief is, werkt pixeltracking niet meer. Ontbrekende Click ID’s leiden tot gemiste attributie.
- Dubbele tracking: Laat pixeltracking en S2S-tracking tijdelijk naast elkaar draaien om te controleren of alle conversies goed worden gemeten.
- Kleine verschillen mogelijk: Er kunnen lichte verschillen in attributie ontstaan, vooral bij gebruikers die meerdere apparaten of browsers gebruiken. Deze verschillen zijn normaal en afhankelijk van de publisher.
- Vergoedingen bijstellen: Monitor de prestaties. Als belangrijke publishers een lagere EPC hebben door de trackingwijziging, overweeg dan een tijdelijke verhoging van de vergoeding.
Door deze stappen te volgen zorg je voor een betrouwbare overstap naar Server-to-Server tracking via Daisycon.